Zwarte Cross – Stof, bier en veel lawaai
Als we goed en wel een half uur op weg zijn vraagt mijn dochter hoe lang we nog moeten rijden. Ik kan haar niet blijer maken dan met ‘nog anderhalf uur’. Helaas. We zijn het inmiddels wel gewend om een paar uurtjes te moeten rijden naar iets wat we heel graag willen zien of doen. Wat zijn dan 2 uurtjes nog? ‘Is het in België of in Nederland pap?’. ‘Nederland schat, helemaal naar boven’. Ondanks het lange ritten zijn voor de kids vermaken we ons altijd wel. Sinds kort streamen we om de beurt ons favoriete nummer door naar de JBL-Go. Weer eens wat anders dan dieren namen verzinnen met de laatste letter van het dier van je voorganger. Wel mooi, want zo komen mijn ‘klassiekers’ uit de 90’s ook weer eens aan bod.
Veiligheid voor alles
Als we uiteindelijk in de buurt van het festival annex crosscircuit aankomen krijg ik pas een besef van de omvang van het gebeuren. Boeren hebben zichtbaar hun handen vol aan de kampeerders die nog een last-minute ongereserveerd plaatsje zoeken. Ik heb de mazzel dat een pakkend sfeerverhaal vaak wel een mediakaartje oplevert, waar dan automatisch een parkeer kaart bijgeleverd wordt. Lopen is toch al niet een van mijn hobby’s, dus dat komt lekker uit. Op weg naar de hoofdingang is aan de duizenden fietsen goed te zien dat er behoorlijk wat mensen uit de buurt komen. Veiligheid voor alles. Het feest is al in volle gang. Ik hoor drie verschillende beats door elkaar en doe mijn best de nummers te onderscheiden. Helaas is het mijn genre niet helemaal dus geef ik dat even snel weer op als dat het in me opkwam. Het is stoffig, maar het schijnt niemand te deren. Mooi opgemaakte meisjes nippen van hun, misschien wel eerste, biertje met een gezicht van een mijnwerker. Hun nette witte shirtjes hebben de hoop op een net feest al opgegeven. We komen aan bij de ‘perstent’, waar ‘Lotte van het e-mailtje’ ons uiterst sympathiek verwelkomt. Ze heeft het druk, maar laat zich niet overmannen door werkdruk of stress. Alles in de hand, geen probleem.
Alles loopt door elkaar
Het is zaterdagmiddag, dus hebben we mooi even de tijd het terrein rond te lopen en de boel te verkennen. Het is groot. Echt groot! Ik heb echt geen idee hoeveel hectare het hele gebeuren in beslag neemt, maar het is immens. Thuis zei iemand nog; ‘Da’s toch een illegaal crosswedstrijdje met een biertent?’. Zo zal het indertijd vast begonnen zijn, maar we zijn inmiddels een dikke 20 jaar verder. Als ik er over nadenk vind ik het eigenlijk vreemd, dat een festival als dit ‘bij ons’ eigenlijk helemaal niet zo populair is. Ook zonder crosskriebels is het een machtig festijn. Mijn dochtertje kijkt haar ogen uit en trekt me naar de verschillende kermis attracties. Ze weet dat ik geen nee kan zeggen en geeft zich samen met haar broer volledig over aan de G-krachten. Ik wacht wel beneden. De laatste jaren heeft mijn maag er steeds meer problemen mee. Het zal dan toch de ouderdom wel zijn, zoals velen speculeren. Wat me opvalt is dat er eigenlijk geen specifiek publiek is. Alles loopt door elkaar. Heel jong, jong belegen, oud en zelfs bejaard genieten van de vele verschillende optredens en activiteiten. Het is een creatief geheel. Leuke oneliners op de verschillende borden laten je denken en lachen. Mijn stijl is het wel. De ervaring van het organiseren is voel- en zichtbaar. Aan alles lijkt gedacht. Waar je ook vandaan komt en wat je ook gewend bent te eten, alles is verkrijgbaar. Aangezien we er de volgende dag vroeg bij willen zijn besluiten we op tijd naar de caravan te gaan. Mijn festivalbezoeken van ooit eindigden meestal met veel hoofdpijn ergens half onder een auto. Waar ik ging liggen sliep ik. De tijden zijn sterk veranderd, maar zeker niet minder leuk. Ik geniet van de blikken van mijn kinderen en slaap nu nergens liever dan in mijn derderangs caravan, op een te klein matras, naast een van mijn kinderen. We vallen uiteindelijk heerlijk in slaap onder het gebonk van de drums en vuurwerk.
Goed nieuws
Al behoorlijk op tijd staan we voor het, nog gesloten, hek te wachten tot we binnen mogen. Het duurt even tot er een markant mannetje op een mini motortje ons probeert mentaal aan de gang te slingeren. ‘Ik heb goed nieuws!’, roept hij hard door het gaas. ‘Ik heb gehoord dat het doorgaat’, schreeuwt hij maar de reacties zijn vooral erg lauw. Het is te warm en we hebben dorst. Als hij wegrijdt gaan de hekken van het slot en stroomt het al vroeg opgekomen publiek netjes en correct het terrein op. Er heerst een vorm van respect onder de mensen. Geen agressiviteit te bespeuren. Iedereen is Zwarte Cross. Terwijl mijn foto makende zoon samen met de andere mediamannen instructies krijgt loop ik met mijn dochter richting circuit. Ik probeer met een natte duim wat zand van haar gezichtje te wrijven, maar het wordt alleen maar erger. Het heeft ook geen zin bedenk ik als ik rondkijk. Het gros van het volk loopt er zonder te beseffen bij alsof ze geschminkt zijn voor een legeroefening.
‘Ik vind het gewoon prachtig’
In de Loco Arena zit ik naast Laura. Een mooi meisje met een duidelijk gevoel voor ritme. Stiekem sla ik haar gade als ze intens genietend de beat volgt met haar hoofd. Ze kent de nummers en zingt zachtjes mee. Laura is hier voor alles. De sfeer, muziek, maar zeker ook de motorcross. Ze blijkt geen vreemde op crossgebied, want ze kent het grootste deel van het rijdersveld bij naam. Ze crosst niet en ook heeft ze geen crossende familie. ‘Ik vind het gewoon prachtig en ga vaak kijken’. Ze excuseert zich beleefd als ze met haar vriendin de arena verlaat. Voorbeeldig type. Ik loop normaal gesproken graag langs het lint, maar kan niet ontkennen dat ik lekker zit. M’n kleine meid slaat haar arm om me heen. ‘Leuk he pap?’. Op zulke momenten weet ik dat ik langs alle kanten gezegend ben. Jarno Derks snapt het Zwarte Cross concept. Half in de Arena stopt hij en zet zijn motor dwars op een wal. Voorrem in en gas open. Een aantal feestgangers krijgt de volle laag, maar er kan alleen maar om gelachen worden. Geweldig. Terwijl Lars van Berkel wat handschoenen in het publiek gooit, wordt er luid geklapt voor Jeffrey. Als hij voor de eerste keer snoeihard voorbijkomt staat een meisje op. Hard gillend steekt ze haar handen omhoog. Als hij voorbij is zie ik haar breed lachen achter haar trendy planga en maakt een hart met haar vingers. Verliefd op de sport en haar idool. Terwijl we rondlopen komen we de immer vriendelijke Davy Pootjes tegen. Met zijn cap achterstevoren komt hij in zijn natuurlijke coole stijl onze kant op. De rust zelve. Sterre knijpt in mijn hand. Pap!, Davy’, sist ze. In en kort gesprek laat hij weten dat zijn schouder aan de beterende hand is, maar helaas nog niet strijdvaardig. Als ik mijn dochter wil vastleggen met haar idool, blijkt mijn telefoon leeg. Dat komt wel een keer goed, want Davy is een toegankelijke jongen met een flinke portie waardering voor alles wat hem in de positieve zin overkomt. Dankbaarheid is een schone zaak.
Vooral stoer
Rick Elzinga is terug en ook Kay de Wolf is oppermachtig. Rijzende ster Jens Walvoort valt op. Daniel Willemsen staat als ‘oud gediende’ maar weer eens op de hoogste trede. Calvin Vlaanderen pakt de winst in de 250 met een verrassende Anthony Rodriguez op zijn hielen. De innemende Belg Jago Geerts stelt de Nederlandse titel veilig. Een bijzonder talent met een bijna foutloze stijl. Youri van ’t Ende is vooral stoer. In stijl jankt hij zijn tweetakt naar een 10e plaats totaal. Held! Jeffrey veegt de boel maar weer eens op zijn eigen buitenaarde manier aan. Ik volg hem zover ik kan. Hij heeft gewoon net dat beetje meer gevonden. Die laatste trede die hem de snelheid brengt waardoor alles een stuk makkelijker lijkt te gaan. Lijkt, want ik besef heel goed dat hij er enorm veel voor moet doen en nog meer dient te laten. Volledige overgave, dag in dag uit. Constant presteren onder de mega zware druk die hem op zijn schouders rust. De wereld kijkt mee en die is groot. Hij heeft het allemaal. Gekozen, zo lijkt het. Ook de uiterst sympathieke Glenn Coldenhoff is in goede doen. Zoals hij zich nog steeds ontwikkelt, lijkt hij steeds meer ‘the best of the rest’, te worden. Een podiumwaardig ambassadeur voor de sport. Een rustige Sven van der Mierden lijkt zich meer en meer aan te sluiten bij de absolute Nederlandse top. Soms lijken en blijken vriendinnen een negatieve invloed te hebben op de wat jongere rijders, terwijl het Sven alleen maar lijkt te versterken. Loon naar werken. Publiekstrekker Malcolm Stewart heeft wat mij betreft lef. Een Amerikaan spreekt mij toch altijd nog een beetje tot de verbeelding. Dat hij hier geen echte rol van betekenis speelt wisten wij, maar zeker ook hijzelf. Ik las al veel kritiek, maar ik heb hem nergens horen zeggen dat hij hier wel eens even zou gaan winnen. Supercross heeft dan ook niets te maken met hetgeen wij hier doen. Appels en peren. De opmerking dat hij even geld komt pakken zal op waarheid berusten, maar is niet vreemd voor een soort van prof.
We chillen nog wat na in de luwte van de persruimte en sjokken na inlevering van onze hesjes richting caravan. Ik ben kapotversleten. Mijn voeten doen zeer en ik heb vreselijke dorst en honger. Toch is dit weekend het weer helemaal en alles waard geweest. Ik dank de Zwarte Cross voor hun gastvrijheid en het voorbeeldige karakter van het massaal opgekomen publiek.
De aanslag op mijn lichaam is wel een nieuwe traditie waard..
Foto’s met dank aan More Heijt – www.mhmxpics.nl