Joëlles next level
Yerseke is een dorp met respect. Respect onder de harde werkers. Veelal vissers die om 4 uur uit bed stappen om vervolgens tot een uur of acht in de weer te zijn. Weer of geen weer. Zo ook Peter Pekaar, de vader van Joëlle. Door zijn lange werkdagen is hij weinig thuis. Juist daarom kwam het slechte nieuws van zijn motorcrossende dochter als donderslag bij heldere hemel. Als je zelf een levensmotto hebt van “niet zeiken maar doorgaan” is het vaak moeilijk te begrijpen dat anderen soms anders in het leven staan.
Achteraf speelde het al jaren. “Natuurlijk merk je wel eens wat. Vaak kleine onbelangrijk lijkende dingetjes”, aldus moeder Carin. Ieder kind heeft natuurlijk wel eens wat op school. De ene week pesten ze die en de andere week weer en ander. Joëlle werd gepest, stelselmatig.
Te vaak was ze het mikpunt van spot en pesterijen. Ongegronde spot wat meer weg had van jaloezie. Joëlle is namelijk een mooi meisje, een heel mooi meisje. “’t is gewoon een lekker ding, en dat kunnen ze niet hebben”, merkt haar broertje Maurice op die ook aangeschoven is en begint te lachen.
Hoe je er uitziet maakt dus helemaal niets uit. Groot, klein, dik dun, rood of blond. Als je aan de beurt bent ben je aan de beurt. Het duurde te lang voor de toch al behoorlijk timide Joëlle. De pesterijen tastten haar zelfbeeld aan en dat had gevolgen. Nooit vertelde ze iets thuis. “Ik wilde mijn ouders niet belasten met mijn problemen” zegt ze veel te lief. Haar ogen glinsteren.
Gebukt onder al die ellende kreeg ze een keer de opmerking, “je hebt een beetje overgewicht”. Die uitspraak zette haar aan het denken. “Ik ben te dik”, dacht ze en het bleef door haar mooie hoofdje spoken. Als je te dik bent moet je dus minder eten. Om er thuis mee weg te komen at ze wel mee met de pot, om het vervolgens met een paar vingers in de keel weer stiekem te “lozen”. Lang, veel te lang heeft ze dat volgehouden. Vanaf haar 9e tot haar 16e onderging ze haar, door anderen opgelegde, lot. Soms viel ze 6 kilo af om vervolgens weer ineens 4 kilo bij te komen. Ze zocht op internet naar lotgevallen die Anorexia zelfs promootten. Dat sterkte haar geloof en volgde de voorbeelden. Vaak zat ze op haar kamertje. Vooral niet opvallen, niet op de voorgrond en niemand tot last zijn.
Joëlle is misschien wel te lief en te zacht voor de harde wereld van nu maar in mijn ogen wel een voorbeeld voor velen. Het steekt haar bijvoorbeeld enorm te weten dat er ergens aan de andere kant van de wereld kinderen omkomen van de honger, terwijl ze zelf niets, maar dan ook helemaal niets tekort komt. Door die wetenschap belette ze zichzelf te genieten van de dingen om haar heen. Ze koos indertijd haar eerste pony puur op medelijden. Hij was in slechte staat en had liefde, veel liefde nodig. Toen het beestje te zwak werd om nog te berijden zorgde ze alleen nog voor het arme dier. Uren heeft ze erbij gezeten en praatte ze het versleten beestje levensmoed in. Haar beste en echtste vriendje. Misschien wel de enige ooit.
In navolging van haar broertje werd er, een klein jaar geleden, een crossmotor aangeschaft. Joëlle was een paar keer met hem meegeweest en vond het geweldig. Eenmaal op de motor kreeg ze last van haar “zelfberoofde” lichaam. Ze moest vaak voortijdg de baan verlaten omdat haar tengere lichaam het niet aankon. Een van de zwaarste sporten ter wereld is misschien wel haar redding geweest. Joëlle kreeg in de gaten dat ze meer nodig had dan het karige beetje eten wat ze in haar lijf liet zitten. Ze had bijna niks te verbranden en dan ben je zo klaar. Een motor zonder brandstof rijdt tenslotte ook niet.
Dat was het moment dat Joëlle haar moeder in vertrouwen nam en meldde dat ze een probleem had. Nadat ze samen wat films op youtube hadden bekeken werd alles duidelijk. Alles viel op zijn plaats en moeder herkende haar dochter meteen in de angstaanjagende beelden. Iemand volproppen met eten is dan geen optie. Praten, praten en nog eens praten is het enige dat helpt. Het is een lang proces. Een jarenlang durend patroon gooi je niet zomaar even om. Je moet wel een knop omzetten maar dat gaat traploos. Elke keer een stukje verder. Het idee moet uit je hoofd, hersenspoelen bijna. Ze kreeg een psychologe (Carly van Velzen) toegewezen en dat deed haar zichtbaar goed. Bijna een jaar duurde het “gevecht.” Dat Joëlle een vechter is mag duidelijk zijn. School werkte mee en liet haar thuis studeren. De examens maakte ze wel op school en rondde ze netjes af. Diploma op zak.
Joëlle is nog steeds een beetje onzeker maar werkt hard aan een normaal eet en leefpatroon. De eetstoornis ging eigenlijk niet eens om het eten zelf, maar over de controle die je hebt. Iets wat ze echt kon, afvallen. Achteraf besefte ze wel dat het geen controle was en de stoornis haar eigenlijk gewoon beheerste. “Buitenstaanders” hadden ook altijd wel het idee dat het goed ging met Joëlle. “Zie je wel, ik stel me gewoon aan” dacht ze dan en hield zichzelf voor dat het goed was zo.
“Ik heb toen niet opgegeven, dat kan ik niet. Mijn ouders en broertje zijn er altijd voor me geweest. Hen wilde ik dus absoluut geen pijn doen”. Ik had twee opties. Huilen en opgeven of gewoon vasthouden en doorgaan, vechten. De pijn en ellende had ik toch al dus waarom zou ik dan opgeven?
“Gelukkig denk ik nu andersom. Ik heb nog zoveel dromen die ik waar wil maken. Ik ga voor wat ik waard ben en en vooral doen wat mij gelukkig maakt. Pas dan zal ik ook in staat zijn anderen te helpen.” Na dat gezegd te hebben kijkt ze me aan. Haar ogen blinken en ik zie geluk in haar ogen. Zelfverdiend geluk!
In het kleine jaar dat ze nu crosst gaat ze al lekker rond en groeit iedere week. De helft van het deelnemersveld (jongens) laat ze al achter zich en dat doet haar goed. Naast crossen fotografeert ze hobbymatig en doet dat ook erg verdienstelijk. Trots laat ze me een paar prachtige tekeningen van haar hand zien. Eentje van een leeuwenkop en een van een springende Jeffrey Herlings.
“Kun je ook iets niet?” vraag ik nog maar ze reageert niet. Joëlle heeft veel in haar mars. Deze talenten gekoppeld aan het prachtige zachte karakter maakt haar een heel bijzonder meisje.
Haar plannen voor de toekomst zijn in de maak. Wat de cross betreft kan ze niet zo goed tegen de toegezwaaide lof van haar ouders en broertje. Ze vind het vooral te lang duren voor er een beker op de kast gezet kan worden. Die bekers komen er wel, daar ben ik zeker van. Verder gaat ze begin volgend jaar voor een paar weken met Carly naar Afrika. Een langgekoesterde droom die uit gaat komen. De natuur en de dieren trekken haar. Haar ouders kijken bedenkelijk en vooral bezorgd als het gesprek hierin overgaat. “Eigenlijk vind ik het niks, maar ik kan haar ook niet tegenhouden” zegt vader nuchter. Ook moeder heeft haar bedenkingen maar ze gaat. Het is een fase in haar proces. Haar gevecht naar zelfstandigheid.
“Ik heb dankzij Carly en mijn familie een paar dingen geleerd. Ten eerste dat in jezelf geloven een van de allerbelangrijkste dingen is omdat je anders nooit iets zal bereiken. Ten tweede dat het niet erg is om te falen, omdat je daar juist uit leert hoe je het wel moet doen.
Positief denken is de succesregel en daar houdt ze aan vast.
Joëlle gaat er komen, daar geloof ik heilig in!
Succes met alles meid, en vooral heel veel plezier!