Het is een leuk mannetje. Rustig en bedeesd kijkt hij me aan en geeft me een goeie hand. Een crosshand. Zijn gezicht lacht altijd, ook als hij het niet naar zijn zin heeft. Zijn haar zit zoals het komt. Het boeit hem niet, want hij is hier niet voor een ander. Uwe de Waele wil heel graag wereldkampioen worden en doet daar alles aan en voor. Cairoli was zijn grote voorbeeld, tot Jeffrey ten tonele verscheen. De beste van het moment is de held van de jeugd. Zo gaat dat. ‘Het is jammer dat hij Stefan Everts niet heeft gekend, want dat is nog steeds de grootste ooit met zijn 10 titels’, zegt vader Giovani met een gepast chauvinisme. ‘En een Belg natuurlijk’.

‘Ik woog amper 50 kilo’
Uwe moet eigenlijk niets van zijn ouders. Ook hun 16 jarige dochter Shania wordt op deze gelijke manier ‘behandeld’. Shania rijdt, zoals haar moeder ooit, paard en heeft maar 1 opdracht. Voor je spullen zorgen en vooral genieten van wat je doet. Ook dat heeft Uwe al meegekregen. Peggy en Giovani komen niet echt uit de motorcrosswereld. De enige crosslink is eigenlijk Giovani’s neef Dominique. Dominique reed indertijd bij de inters, als lid van de crossclub MC Poeke, gevestigd in eveneens genaamde dorpje Poeke , waar Giovani nogal eens meehielp. Giovani zelf reed indertijd hobbymatig op zijn mountainbike, terwijl Peggy nog niet zo heel lang geleden in een sulky de renbaan onveilig maakte. ‘Ik woog amper 50 kilo’, zegt ze met een melancholische blik in haar ogen. ’Ja, vroeger zaten we allemaal wat strakker in ons vel’, help ik haar terwijl ik duidt op mijn lichaam. Peggy deed meer dan goed mee en wist zich goed te manifesteren tussen het mannelijke geweld. Aan alles komt een einde, maar het was een hele mooie tijd. Giovani had in die tijd niets met paarden, maar zeker wel met de meisjes die er op reden. Het was dan ook op de renbaan dat ze een dikke elf jaar geleden elkaar hun eerste verliefde blikken toewierpen.

Hij kijkt als een bokser
Uwe ging mee naar de cross. Weliswaar tegen wil en dank, maar het was absoluut geen moeilijk kind. Bij het zien van de motoren vroeg Giovani op een dag aan Uwe wat hij ervan zou vinden om zijn houten crossloopfiets eens in te ruilen voor een ‘echte’ motor. Uwe was drie maar begreep het al te goed en kon ook alleen maar antwoorden met een volmondig Ja. Na ‘zo’n Chinees ding’, kapot gesleuteld te hebben werd het tijd voor het echte werk’. De rest is al een beetje geschiedenis. Zijn stijl is herkenbaar, voor mij althans. De hoge schouders en licht gebogen hoofd doen me denken aan een van mijn idolen van weleer. Pierre Schroyen, nu mede kartrekker van Sport Vlaanderen, was mijn held in de tijd van de BLB. Uwe de Waele zit er hetzelfde op. Kijkt als een bokser, net langs zijn wenkbrauwen naar wat er voor hem gebeurt. Vaak zijn het enkel achterblijvers die hij in het vizier krijgt want Uwe wint nogal eens. Trotse vader Giovani beseft goed dat het een keer op zal houden. ‘Vanaf het moment dat hij wedstrijden rijdt wint hij eigenlijk al’. Het wordt stilaan een gewoonte en Uwe zelf is buitengewoon ontevreden als hij door een val een keer niet als eerste over de finish gaat. ‘Niet te genieten is hij dan’, zegt moeder Peggy.

 

Er is geen druk
Zijn ouders beseffen dat het anders zal worden, althans, ze houden er zeker rekening mee. Uwe rijdt regelmatig een ONK mee en daar wordt wel duidelijk gemaakt hoever het staat met de crossontwikkelingen van de kleine man uit het Belgische Deinze. ‘Zo’n ONK is wel een beetje een graadmeter voor ons’, aldus een altijd vrolijke en nuchtere Giovani. ‘Als je daar in de top 5 kunt rijden doe je pas echt mee’. Er is geen druk, maar ik merk wel dat hij het graag zou zien. Ze doen er veel voor. Allemaal. Natuurlijk kost het een hoop, maar dat is een kwestie van keuzes maken. ‘Ook wij kunnen ons geld maar één keer uitgeven en doen dat erg bewust’. Als monteur en leverancier van koelingen en airco’s had hij een goed jaar. Da’s dan weer wel lekker meegenomen natuurlijk, maar het is toch aanpoten in je eentje. Sponsoren zijn uiteraard erg welkom, maar het is tegenwoordig allemaal niet meer zo makkelijk. Het is een gunfactor en daarbij beseffen Giovani en Peggy maar al te goed dat er eerst prestaties moeten zijn, voordat er wat ‘weggegeven’ zal worden. Vriend en hoofdsponsor Johnny Hermans, eens zelf een begenadigd talent bij de BLB, heeft een zwak voor de kleine de Waele. Hij ziet veel in de het jonge talentje. ‘Zijn instelling en het karakter. De stijl en doorzettingsvermogen geven me kippenvel. Ik gun het hem en de familie zo erg’. Johnny helpt zoveel hij kan via zijn JH-MX Promotions en daar zijn ze blij mee.

Herlings als voorbeeld
Altijd voor de eerste manche staat Uwe stijf van de stress. ‘Dat heeft hij van mij’, lacht Peggy. Giovani is meer de coole van het gezin. Hij relativeert makkelijk. ‘Dingen zijn zoals ze zijn’, is een van zijn stelregels en zo is het ook wel. Als Uwe zijn plaats in de fuik heeft genomen leunt hij met zijn hoofd op het rubber van zijn stuur. Het lijkt op moe of geen zin, maar dat is het absoluut niet. Hij vecht tegen de zenuwen en weet eigenlijk zelf niet waar dat ellendige gevoel vandaan komt. Als het hek valt verdwijnt de spanning en doet hij zijn ding. ‘Hij heeft dat alleen voor de eerste manche’, legt Giovani uit. Voor de tweede manche is het een totaal ander kind. Waarschijnlijk omdat hij dan weet wie de concurrenten zijn en wat ze die dag in hun mars hebben. Dit seizoen wordt door Giovani en Peggy als een leerjaar gezien. Het is zijn eerste jaar op een 85 en dat is toch best een behoorlijk verschil voor zo’n mannetje. ‘Ik zie het wel eens op een wat hardere baan. Deze motor heeft toch wel een berg meer vermogen en daar schrikt Uwe nog wel eens van. Vandaag, in het mulle zand van het prachtige MC Lille, komen de pk’s wat gematigder naar het achterwiel. Met de start zit de kleine Belg er meestal wel bij en gaat praktisch nooit buiten de top 3 de eerste bocht in. Ook vandaag zit hij er weer lekker bij. Als derde gaat hij naar de eerste bult, maar 500 meter verder zit hij al op kop om die ook niet meer af te staan. Met Herlings als voorbeeld moet je ook wel. Uwe rijdt zijn race nagenoeg foutloos. Eén keer schrok ik omdat hij zo ver sprong dat hij ver over een bult neerkwam. Een doffe klap en een hoop stof, maar verder geen stress. Uwe is potig en heeft geen moeite zijn KTM in bedwang te houden.

Verschillende meningen
Niet echt toevallig sta ik naast Giovani die alleen maar duimen opsteekt en soms een nadenkend vingertje naar het hoofd. Peggy is altijd uit zijn buurt tijdens de race. ‘Doordat we erg verschillend zijn, zijn we zo goed als we samen zijn. Alleen tijdens de races doen we ons eigen ding. Dan zijn verschillende meningen soms lastig’. Net als hij dit zegt zie ik hem verliefd naar zijn Peggy kijken die een stukje voor ons loopt. Mooi. Na de race duurt het makkelijk een uur voordat Uwe bij de camper is. Hij praat met vriendjes over de race en andere kinderzaken. Ze kijken naar andere manches en leven verder in hun eigen wereld, dromend van hun plaats aan de top. Uwe is niet meer zo uitbundig als in zijn eerste jaren waar hij menig bekertje mee naar huis sleepte. Het is inderdaad een gewoonte geworden en dat tij zal zeker keren.

Tot zover zit de groei er nog steeds in en geniet de familie de Waele er met volle teugen van.
Als Uwe zijn eerste prijs in ontvangst neemt kijkt hij blij, maar ik zie hem denken. ‘Wacht maar tot ik groter ben…’

Foto’s met dank aan; Gino Maes en TS MX foto’s.

Hooguit zes rondjes, het klinkt misschien maf
Dan gaat het niet meer en moet ie er af

Het is niet uit woede, baldadig ook niet
En niemand begrijpt, dat hij dan nog wat ziet

De stoom uit zijn helm, een fel rooie kop
Zijn rug gaat omhoog, het gas gaat er op

De beste en snelste is al wat hij wil
Met al wat hij heeft, maar toch echt zonder bril

Het kostte fortuinen, dus zal zich nooit binden
Een sponsor voor brillen is echt niet te vinden

Dus zie je wat vliegen, nee het is echt geen gein
Dan zal het de bril van van Wezel wel zijn..

Het is vrijdag rond de middag als we de camping oprijden. Zo vroeg waren we er nooit eerder, maar we zijn dit keer in Lommel met een missie. Te gast zijn bij een team van formaat maakt mijn zoon en ik bij voorbaat wat nerveus. Natuurlijk, het zijn allemaal mensen zoals jij en ik, maar toch. Voor slecht weer zijn we niet zo bang. Het is al lang te heet en daarbij zou een buitje meer goed dan kwaad doen bij iedereen.

Mister 875
Het is al redelijk druk op de vrijdag waardoor de sfeer er al meteen goed inzit. De mediaruimte staat al behoorlijk vol met laptops en foto apparatuur. Altijd voel ik daar een vlaag van respect. Media is erg divers en daardoor een mengeling van alle leeftijden en seksen. Er zijn in de loop der jaren hechte vriendschappen uit ontstaan en dat is prachtig om te zien en te voelen. Ondanks de belofte is het media hesje is er helaas niet. Ik vind dat altijd moeilijk, want hij verdient het zo in mijn ogen. Ik hoef niet zo nodig de baan op, maar een fotograaf hoort daar te zijn. Als we kennis hebben gemaakt met het team van Jacky Martens gaan we naar het circuit. Er wordt nog aan gewerkt en volop gesproeid. Het kan wel wat hebben, toch zeker nu. Het ziet er weer vet uit. De schansen zijn lekker aangescherpt dus de mannen die willen tripplen en quatten dit weekend krijgen daar alle kans voor. Gereden wordt er niet vandaag en na nog een korte stop bij Jacky rijden we terug naar de camping. Ik vind het altijd verwonderlijk dat vrijwilligers zoveel inzet tonen. Ze mogen wat mij betreft dik betaald worden voor het werk dat ze doen. Opvallend is dat er qua uitrusting gekozen is voor een respectabel shirt. Elk shirt is een ode aan de onlangs overleden Eric Geboers en dat doet deugd. Een mooi mens met een nog mooiere nalatenschap. Mister 875 voor altijd. Leon van Gestel spreekt later in het weekend nog mooie woorden op een manier zoals alleen hij dat kan. Een emotioneel tafereel met Eric’s zoon en dochter naast hem op de trap. Kippenvel.

 

Mooiste verslaving ooit
Een tandeloze man aan een van de poorten is vriendelijk. Als ik vraag of het uit te houden is met de hitte lacht hij. ‘Zolang ze me drinken brengen is er niks aan de hand hoor’. Hart voor de club, zonder eigenbelang. Ik werp een blik met respect zijn kant op, terwijl hij vriendelijk zijn hand opsteekt. Een jongedame aan de ingang van de camping is evenzo opgewekt. Ze helpt ons alsof we een van de tien gasten zijn van de dag, terwijl we beiden weten dat er nog duizenden zullen volgen. Twee mannen op een ‘John Deeretje’ rijden ons voor en wijzen de plaats aan. We douchen, eten wat en duiken niet te laat op onze dekbedden. Ramen open en hopen dat we snel in slaap vallen. De zaterdagochtend zijn we er op tijd bij. Als we er toch zijn willen we uiteraard ook alles zien. De trainings sessies verraden al wat de piloten van plan zijn. Ondanks de hitte wordt er toch snoeihard hard gereden. Vanuit de airco op de motor en gaan zonder stoppen. De beste manier om het vol te kunnen houden. Het maffe is dat als je ziet hoe mannen afzien, je soms zou denken dat ze moeten crossen. Op een paar enkelingen na is dat wel zo. Zij hadden de keus er een baan van te maken, maar de rest crosst uiteindelijk toch omdat ze het zo ontzettend graag doen. Hun ziel verkocht aan de mooiste verslaving ooit. De 125 is nog steeds een mooie klasse. Altijd al gevonden. Jammer eigenlijk dat er geen 125 GP’s meer zijn, net als vroeger. Geen idee wanneer en waarom we dat zijn kwijtgeraakt, maar wel erg jammer. Nu lijkt het vooral een opleidingsklasse voor het grote werk, terwijl de jongens toch dikke prestaties leveren. Hou zo’n kreng maar eens open.

Nachtwacht
Ook het EK voor de MX2 lijkt een groeivijver en misschien is dat ook wel zo. Kijkend naar een Kjer Olsen, die daar ook zijn eerste sporen verdiende en keihard doorstootte naar de GP afdeling. Kevin Horgmo lijkt me ook zo’n jongen op het puntje van de lat. ‘Wat goed is komt snel’, zeggen ze wel eens. We gaan het meemaken. In de koningsklasse laat Glenn Coldenhoff zien in goeden doen te zijn. Ook opvallend is het optreden van Kevin Strijbos, die een mooie tijd wegzet op ‘zijn’ baan. Het wordt zachtjes aan een eentonig beeld als Jeffrey aan het hek staat. Ik zie het nog steeds graag, maar de strijd is weg. Het enige dat rest is genieten van zijn haast onmogelijke stijl. Een kunstexpositie met alleen de Nachtwacht aan de muur. Heel stiekem hoop ik wel eens dat zijn hekje weigert. Het is iedere keer weer een show waarna iedereen diep buigt voor de meester van het veld. Het blijft een bijzonder fenomeen. Wat Tony betreft kan ik alleen maar respect hebben voor zijn prestaties. Doe het maar op zo’n leeftijd. Iedere dag weer die opoffering en dat al zoveel jaren. Dat hij graag die tiende titel wil is niet raar, maar tevens haast onmogelijk. Hij weet dat heel goed, maar geeft ondanks die wetenschap toch iedere keer weer alles. In de MX2 klasse zijn er wat rollen omgedraaid. Of dat blijvend is moet blijken maar de jonge Prado zit de laatste tijd wel heel erg goed in zijn Spaanse vel. Met de sierlijkheid van een toreador rijdt hij een foutloos parcour. Een bijzonder talent met nog veel prachtige jaren voor de boeg. Thomas Covington heeft het ook meer dan naar zijn zin in het Lommelse zand. Apart als je weet dat de meeste Amerikanen meer last dan plezier hebben in onze zandbakken. Zijn Naam en teamgenoot Olsen lijkt terug van even weggeweest. Plezier in zijn ogen en strakke rondetijden bewijzen dat. Belgisch hoop voor de toekomst is Jago Geerts. Jago heeft de bescheidenheid uitgevonden en dat is een bijzonder groot goed. Hij is allesbehalve uitbundig en zou, als hij in Nederland geboren zou zijn, zeer waarschijnlijk in Rotterdam wonen. ‘Geen woorden maar daden’. In goede handen van zijn ouders en jeugd begeleidings organisatie ‘Sport Vlaanderen’ gaat het zonder tegenslag een hele grote worden. Een grote, zoals onze zuiderburen er al meer op de lijst hebben staan.

‘Take this one’
Lommel is altijd goed bezocht en dat is goed te merken als we aan het einde van de middag door de paddock lopen. Rijders spotten en motoren kijken. Ouders zeulen hun kroost langs de teamtenten. Veteranen, toppers van weleer, vergapen zich aan de blinkende kanonnen en mijmeren bij het zien van de megagrote trucks en campers. ‘Wij hadden dat niet nodig’, hoor ik ze denken. Tijden veranderen het hele leven en niet alleen de cross. We spreken nog wat dingen af voor de ‘grote dag’ en keren met wat blikjes Rockstar terug naar de media ruimte. Bij de ingang zit een modellenmeisje. Uiteraard zonder enige bijbedoeling geef ik haar een van mijn blikjes. Ze is er blij mee. Ze is mooi maar erg jong dus maak me zeker geen illusies. Het feit dat ze dit spul graag drinkt geeft al aan dat de kloof te groot is. Terug bij de caravan komen we in contact met de overburen. Een Engels gezelschap dat duidelijk geniet van alles wat dit weekend hun te bieden heeft. Ze vragen of ik geen aggregaat bij heb omdat ik sta te rommelen in de schemer. Zodra ze horen dat ik aggregaatloos ben rukt een van de mannen een bus open. Hij trekt er zo’n stroommaker uit en zet hem voor mijn voeten. ‘Take this one’, zegt hij en gaat op zoek gaat extra benzine. Dat hebben ze dan weer niet, maar ik ben ook erg blij en geholpen zonder. Als ik hem wil vergoeden lacht hij me uit. Zo gaat dat blijkbaar niet in hun landje. Ik ga niets over Nederlanders zeggen, maar ik heb het wel eens anders meegemaakt. ‘Ons pleintje’ is gevuld met leuke mensen. Gertjan Vorstenbosch aan de ene kant, Max Schwarte aan de andere. Max heeft wat vrienden mee die me sterk doen denken aan mijn jeugd. In ‘mijn tijd’ kon ik ook makkelijk een nachtje overslaan of slapen op de grond, nadat we redelijk zwaar aan de alcohol hadden gezeten. Dat zit er helaas niet meer in. Hersteltijd x 20. Na een korte kennismaking met Jens van Laere en Jarno Dol hou ik het na drie biertjes voor gezien. Ik duik snel in de douche en geniet nog heel even van het schone gevoel tot ik weer lig te zweten. Gelukkig ben ik moe, dus slapen gaat wel lukken.

Raivo en Raf
De zondag gaat altijd snel voorbij, dus we besluiten er een volle dag van te maken en zetten de wekker op 7 uur. Na een snel ontbijt vertrekken we naar de baan waar het toch alweer redelijk druk is. De Dagjesmensen hebben hetzelfde gevoel over de lengte van de zondag blijkbaar. Om 11 uur worden er al gretig hamburgers verslonden en er staat ook een rij voor de frietkraam. Crossers en friet gaan best goed samen. Na weer een bezoekje aan de Martens tent zijn we getuige van een ontketende Dankers. Raivo beleeft een onfortuinlijke eerste manche. Hij valt twee keer, waarvan een keer tussen de palen van een reclamebord naast de baan. Hij bezeert zich niet maar moet toch voortijdig de strijd staken. Na een bliksemstart in de tweede manche rijd hij in een tweede positie berekend naar het achterwiel van koploper Guadagnini . Het ziet er goed uit en het lijkt erg op een momentje ‘erop en erover’ te worden. Helaas maakt hij in allerhaast een stuurfout waardoor het gat te groot wordt om nog dicht te rijden voor de geblokte vlag zwaait. Een hele strakke uitslag, wetende dat er winst in had gezeten. De altijd vriendelijke Raf Meuwissen doet het goed, maar is niet tevreden. Raf zit de laatste wedstrijden goed in de lift waardoor hij de lat wat hoger heeft gelegd. Vandaag kwam hij daar niet voor zijn gevoel. Mooi en vooral nu al heel professioneel. Met zijn MX2 postuur heeft Raf’s KTM het zwaar in de Lommelse zandbak. Een achtste plaats in de eerste en een zevende in de tweede manche bracht ‘de beer uit St. Joost’ toch nog netjes een zesde totaal. Zeker een prestatie als jij kijkt naar de concurrentie.

Zandrijden is te leren
In de EMX 250 waren mijn ogen gericht op Roan van de Moosdijk en Kevin Horgmo. Kevin, een man, minimaal goed voor een podiumplaats kon met een nette derde tijd in de kwalificatie aantreden voor de laatste race van de dag. Zwaarder dan nu was de baan nog niet geweest. Na een top 5 start klom Horgmo al op naar twee nog voor hij zijn tweede ronde inzette. Na een onschuldig foutje werd de afstand naar de op kop liggende Boisrame te groot en moest hij genoegen nemen met een tweede plaats. In manche twee lag Kevin tot twee ronden voor het einde op kop, maar maakte uit het niets een beste klapper. Toen hij eenmaal zijn KTM uit het verwrongen hek had gehaald was het leed al geleden. Zonde, wetende dat de snelheid goed was voor een totaaloverwinning. Blijven zitten is ook een talent. Roan, inmiddels getransformeerd van jongen tot man begon moeizaam in zijn eerste manche. In de loop van de manche kreeg hij te kampen met verkramping in zijn onderarmen, waardoor hij het moordende tempo niet aan kon houden. Toch wist hij op karakter een dik verdiende 5e plaats te bemachtigen, waarmee een podiumplaats nog niet uitgesloten was. In de tweede manche liet hij zien uit welk hout hij gesneden is en ging zelfs op jacht naar de koppositie tot zijn armen weer roet in het eten gooiden. Via een hele knappe 2e plaats mocht hij voor de derde keer dit seizoen het podium betreden. Ik vergelijk hem als persoon soms met Jago. Je hoort hem zelden maar komt hem altijd tegen. Een belofte met een missie.
In de MX2 lijken de rollen omgedraaid. Prado geeft de toon aan en tevens les in zandrijden. Knap werk van de jonge Spanjaard. Na een spelletje met Jonas in de kwalificatie heeft hij daarna alleen nog maar op kop gereden. Hij blaakt van zelfvertrouwen en komt wheelyend de finish over. Dat jongens van buitenaf ook zandrijden kunnen leren blijkt uit de prachtige prestaties van teamgenoten Covington en Kjer Olsen. Mannen die thuis haast alleen harde banen kennen, laten vandaag zien dat het zandrijden wel degelijk te leren is met uiteindelijk en respectievelijk een tweede en derde plaats op het podium. Ik feliciteer een breed lachende Jacky. Een mooie en dankbare dag voor hem en zijn succesvolle team.

Koning van Oploo
Nog een klapstuk is de koningsklasse. Op voorhand lijkt de indeling duidelijk. Het komt dicht bij lesgeven. Jeffrey doet het voor. De bedoeling is duidelijk, maar hoe vaak ben je beter dan je leraar. Zoals Everts ooit jarenlang de toon aangaf en ook Tony 9 jaar aan een stuk is het nu de beurt aan Jeffrey. Mooi dat er weer zo’n talent is opgestaan. Nog mooier voor ons dat hij uit het minuscule Nederland komt. De oppervlakte van ons landje is op crossgebied inmiddels wel een behoorlijk stuk opgerekt met de verrichtingen van de Oploose Koning. Cairoli zet nog steeds een dikke prestatie neer. Nagenoeg niets ingeboet op zijn eerdere jaren blijft het een tweede klasse apart. Achter het tweetal laat Glenn Coldenhoff weer een hele sterke indruk achter. Als je na Tony het veld aan kunt voeren ben je toch een hele kerel. Als enige, samen met zijn maatje Jeffrey springen ze aan de achterzijde boven de tenten uit. Doe het maar. Uiteindelijk mist hij nipt het podium maar laat zien dat er nog genoeg in het vat zit. Een opgewonden Anstie weet zich dit weekend wel op het podium te vestigen. Hij is vooral erg blij er weer eens te staan. Max heeft veel respect voor zijn collega’s en uit dat ook openbaar. ‘Er zijn wel 10 jongens die de overgebleven buit zouden kunnen verdelen en dat maakt het extra lastig een podium te bemachtigen. Met een onderling verschil van een enkele seconden staan er genoeg te trappelen het schavot te betreden’. Mooie woorden van een respectvolle en vooral eerlijk Anstie. We lopen nog even langs een opgewekte Lars van Berkel. Lars heeft alles gegeven. Het rijden ging niet eens zo slecht, maar de uitslagen waren niet die op zijn verlanglijstje stonden. Dat hij karakter heeft kan niemand ontkennen. Voor veel rijders is het jammer dat ze niet alleen maar met de cross bezig kunnen zijn door de week. Ook Lars werkt minimaal 40 uur per week en dat remt het talent. ‘Volgend jaar ga ik het anders doen, dat is zeker’.  Ik tik ‘m aan en wens hem succes.

Versleten blijven we achter in de mediaruimte. Zonder haast kletsen we nog wat na en pakken onze spullen in. Een weekend om bij te schrijven. Weer een herinnering voor altijd. Verhalen en anekdotes die mijn zoon wellicht eens door zal vertellen aan zijn kinderen. Hij zal ze besmetten, daar ben ik zeker van. More kijkt me aan. ‘Ik blijf crossen, geloof dat maar en als de tijd daar is trek ik je vrijdags uit het bejaardenhuis en neem ik je mee’. Ik schiet vol en kijk even om. Ik mag het hopen, tot ik dood ga. De cross zal blijven en een van zijn toekomstige kinderen zal crossen, daar ben ik zeker van.
Motorcross. Een machtige manier van leven…

 

Foto’s met dank aan More Heijt. www.mhmxpics.nl

Ik kende hem niet, maar wist wel dat hij bestond. Zijn naam is er een die je niet makkelijk vergeet en zag ik met regelmaat voorbijkomen via Facebook. Mijn vriend Marco Hopmans, die ieder jaar Loket aandoet belde me. ‘Ik stuur je een nummer door. Die jongen moet je echt even bellen. Die staat hier helemaal in z’n uppie in Loket met een ouwe Honda’, zei hij enthousiast.
Kevin Kieft werd al jong door zijn vader op de motor gezet. Voor vader Kieft zat het crossen en vroeger niet in. Fietscross was voor hem het hoogst haalbare in die tijd. De passie verdween niet en zodoende werd het doorgegeven aan zoon Kevin.

Vader Kieft is een motorliefhebber als geen ander. Hij volgde alles en had altijd al een zwak voor Kevin Schwantz , een gekend racer van weleer. ‘Een Kevin’ moest het worden en motor moest hij rijden. De nu 19 jarige Kevin heeft het netjes opgevolgd en is niet meer van de motor te slaan. Ook het rijnummer van de ‘racende Kevin’ heeft hij overgenomen. Het is altijd 34, maar moet bij tijd en wijle wel eens verbasterd worden met een nummer ervoor. ‘Voorlopig zal het 334 zijn, maar de 34 blijft er in’. Hij is zeker van plan om zo ver mogelijk te komen. ‘Ik pretendeer zeker geen Herlings te worden, maar als je het toch doet moet je er het maximale uit zien te halen. Ik doe er alles voor en werk hard om ook financieel mee te dragen aan de kosten. Ik werk voor mezelf als stratenmaker en doe veel tuinaanleg. Mijn vader heeft zijn eigen aannemingsbedrijf en sponsort me gelukkig, maar we zijn met vier kinderen thuis, waarvan mijn jongere broertje ook crosst. We weten allemaal wat het kost’, lacht hij.

Kevin heeft de juiste normen en waarden meegekregen van zijn ouders. Trekt zijn eigen plan wel, maar heeft veel respect voor zijn ouders. ‘Ze laten me wel mijn eigen ding doen, ook al hebben ze er soms hun bedenkingen bij’. Kevin vindt de tweetakten geweldig. Zijn vader ziet hem het liefst op de 450 viertakt, maar daar verschillen de meningen duidelijk over. ‘Ik vind het geweldig om met een tweetakt te rijden. Je kunt zo’n ding wat meer je eigen wil op leggen en daar voel ik me lekker bij’. Daarom schaftte hij een tijdje geleden een ‘oude’ Honda aan. Een van de laatste tweetakten staat bij hem in de schuur. Een pracht exemplaar uit 2008, waar hij zich ook in de EMX 250 van Valkenswaard wist te kwalificeren. Een hele prestatie met zo’n ‘oud jankertje’. Met de smaak nog in zijn mond vertrok hij onlangs naar Loket. ‘Ik wilde het graag en kon het financieel rondbreien. Dan is de keus niet zo heel moeilijk meer.

 

‘Het was een echt avontuur, en had het voor geen geld willen missen. Ook daar wist ik me te kwalificeren en reed er twee hele sterke manches’. Het avontuur op de tweetakt heeft me wel aan het twijfelen gemaakt. Stiekem heb ik mijn zinnen gezet op de EMX 300 competitie. Ik heb thuis al laten vallen wellicht mijn dikke 450 in te ruilen voor zo’n ‘smoker’. Mijn vader ziet me het liefst op de viertakt en begrijpt dan ook niet waarom ik in hemelsnaam zo’n reis onderneem met ‘dat oude ding’, lacht hij. Het is ook apart, omdat de vaders van nu juist vaak uit het tweetakt tijdperk stammen. ‘Ze laten me doen en gunnen me het plezier. Want daar gaat het uiteindelijk om…’

Foto’s met dank aan Niek Fotografie en Selle MX foto’s.

‘We rijden nu weg. Kom, gas erop!’ Dat is het vaste zinnetje van GertJan Vorstenbosch. Een gulle man van gezelligheid, gedreven door de gemeenschappelijke passie die we allen voelen. Het avondje van te voren vertrekken geeft toch altijd wel een bepaalde rust. Snel de sleurhut aangekoppeld en ook al is Aagtekerke niet zo ver, de sfeer op een crosscamping ligt toch net even hoger dan bij mij thuis. Bij de Lidl gooien we de koelbox vol en scoren we nog een voordelige en vooral eenmalige barbecue. Wie doet ons wat. Het zijn eigenlijk kleine vakantietjes. Ondanks de drukte ervaar ik dan toch een volledige rust en de enige niet uitgenodigde gast aan de deur zou een kwijt gelopen biertent bezoeker kunnen zijn. Erger wordt het zeker niet.

Gouden koeien
Bij de poort krijgen we wat huishoudelijke instructies van een uiterst vriendelijke jongedame. De veiligheids eisen worden ieder jaar aangescherpt, wat ik alleen maar kan waarderen. Een evenement als dit mag nimmer van de kalender geschrapt worden. Er verdwijnt me al te veel als het om motorcross gaat. Als we geïnstalleerd zijn hebben we rust. Een mooi stekkie met een ideale doorwaaiplek in de bosrand. Terwijl mijn zoon de baan verkent, doe ik een rondje langs de nu nog lege biertent en praat wat met de enthousiaste vrijwilligers. Het is geen straf hier aan mee te werken en dat is ze aan te zien. Ondanks ze bergen met werk hebben verzet, is iedereen opgewekt. Zichtbaar moe maar uiterst voldaan. Het karwei is weer geklaard en ook al is het de 28e keer, toch is het iedere keer weer een huzarenstuk. Dat het spektakel door de zakelijke omgeving gewaardeerd wordt blijkt wel uit een aantal spontane aanvragen of er misschien nog gesponsord kon worden. Waar gebeurt dat nog? Een burgemeester die toegeeft dat hij als hij vrij was geweest eigenlijk liever in zijn spijkerbroek de tent in zou duiken. Het leeft en de gemeente Aagtekerke staat er maar mooi mee op de kaart. We drinken gezamenlijk een paar biertjes en halen nog wat oude, gouden koeien uit de sloot. Ik kijk stiekem de kring van noeste arbeiders rond. Als ik de vermoeide gezichten zie besef ik dat vrijwilligerswerk een van de mooiste banen is. Alles recht vanuit het hart. We houden het voor gezien, want het is morgen weer vroeg dag.

Onvervalste crossharten
Als ik terugloop tussen de bussen en campers door denk ik aan de grote groep mensen die dit aparte leven niet begrijpen. Er tegen zijn en het zelfs bestrijden. Dat kan ook alleen maar als je er midden in zit, de mensen kent en de passie voelen kunt. In bed is het warm, maar ik voel de zwoele kustwind door het raam langs mijn ongetrainde lichaam en geniet. Was het mijn werk maar. De volgende ochtend word ik wakker van de niet kampeerders die in grote getale en vanuit alle streken toestromen. Het feest kan beginnen. We ontbijten gezamenlijk met de families Vorstenbosch en van Balen. Super aardige mensen met onvervalste crossharten. Na het eten maak ik een rondje en kom langs de fam. Van der Ven. Niet alleen Nancy, maar ook Rinus heeft een motor bij. Mooi hem weer eens in actie te zien en zonde dat het is zoals het is. Een come-back zit er zeer waarschijnlijk niet in, maar het plezier is nu misschien wel twee keer groter. Voor de rijders wordt in verband met de abnormale hitte goed gezorgd. Een dubbele openbare douche zorgt ervoor dat de rijders voldoende af kunnen koelen en zich weer fris en schoon kunnen voorbereiden op de volgende manche. Slim gedaan.

Stef zal herstellen
Er wordt hard gereden. Mijn zoon doet het goed. Ik ben trots maar hij is nooit tevreden. Altijd iets zoeken, maar hij wil vooruit en dan is het wellicht iets goeds. Als je namen gaat noemen zal je altijd iemand vergeten, dus ben daar altijd voorzichtig mee. Er zijn zoveel rijders die een pluim verdienen, want uiteindelijk leveren de allemaal dezelfde prestatie. Op hun eigen manier en niveau. Wel zag ik wat opvallende dingen. Als Thomas Adriaansen niet in de top drie eindigt is zijn motor kapot. Een prachtig gezin. Ze ademen cross. Met Karin praat ik nog even over haar onfortuinlijke broer Stef die onlangs een mega smakker maakte. Stef is een vechter en dat blijkt maar weer. Strijdend tegen arts advies en lichaam is hij nog wel even uit de running. Stef zal herstellen, zo zegt hij zelf en wie kent zijn kracht beter dan Stef. Levende legende Edwin Evertsen laat zien het crossen nog niet te zijn verleerd en komt zeer verdiend op het podium terecht. Enduro rijder Geurts valt op door zijn mooie stijl. Het is niet alleen mooi om te zien, maar ook gaat hij hard. Ik ken hem niet, maar zie het graag. Het snelste meisje van het land en misschien wel de wereld maakt ook hier haar naam weer waar. Zo’n meisje waar je in een kroeg stoer tegen zou vertellen dat je crosst. Dat het vooral voor mannen is en heel erg zwaar. Als ik haar zie rijden kost het me moeite te beseffen dat het een meisje is. Nog steeds. Haar broer Rinus verbaast me met zijn kanon start. Voor de sport een verloren talent, maar als echtgenoot, vader en begeleider nu al succesvol geslaagd. Giel, Janneke en vriend Epie staan gespannen aan het hek als Nancy en Rinus samen van start gaan. ‘Gaat het nog Giel?’, vraag ik voorzichtig. Hij knikt stoer, maar zijn ogen verraden hem.


‘two stroke show’

‘Buurman’ Maikel van Balen heeft de snelheid. In manche 1 brengt hem dat een prachtige tweede plek. In de finale moet hij zich terugvechten na een slechte start, maar komt op een respectabele vierde plaats binnen. Danny van de Bosse gaat in de 85 cc de strijd aan met Bryan Nelis. Bryan blijft goed bij, maar heeft net niet genoeg om Danny de les te lezen. Het verschil is niet groot, maar Danny zit in de lift. De ONK en IMBA wedstrijden hebben een positieve invloed op zijn groei en dat is zichtbaar. Bij de nieuw in het leven geroepen damesklasse was Stephanie Stoutjesdijk de sterkste. Opvallend was ook het optreden van de altijd bescheiden Merel Zuidhof. De jongste telg uit de ‘Zuidhof stal’ zette met een knappe vierde plaats in de dag uitslag een knappe prestatie neer. Wordt zeker vervolgd. Ook een opkomend talent is de kleine Max Ketterij. Met veel lef wint hij de 85 kleine wielen op zijn 65 machine. Max heeft nu al de winnaarsmentaliteit die je nodig hebt om het een eind te schoppen. Een leuk mannetje, een fijn gezin. Daily van de Ketterij geeft samen met zuiderbuur Ilan Heirwegh een prachtige ‘two stroke show’ weg. In een zinderende strijd beslist Daily de wedstrijd toch in zijn voordeel en gaat uiteindelijk met de bloemen naar huis. Thuisrijder Andre Voogd maakte een respectabele come-back. Na zijn smakker van een maand of twee geleden zat hij voor het eerst weer op de motor. Niet fit, maar hier mocht hij voor zichzelf niet ontbreken. Na een 3e plaats in de serie reed hij op karakter naar een welverdiende 7e plaats in de finale. Respect.

 

‘Ik wist dat hij komen zou, alleen niet wanneer’
Als de schemer dreigt in te vallen zijn alle ogen gericht op de super finale. Het klapstuk van de dag. Alle toppers bij elkaar. Tijdens de rijdersvoorstelling tikt mijn zoon me aan. Achter ons steken drie kinderen van een jaar of 12 onhandig een sigaret op. Ik weet niet waarom en waarschijnlijk weten ze het zelf ook niet. Het is een lachwekkend gezicht en vooral niet stoer. Die tijd is allang voorbij. Jammer is het wel. Dan is het zover. Belgisch supercross specialist Jurgen Wybo gaf eerder op de dag al zwaar de toon aan, maar Mark Boot verraste me. Ik had er al wel over gehoord, maar hem nog niet bezig gezien op zijn tweetakt. Hij zou erg hard gaan en dat bleek ook wel in zijn eerste manche. Als het hek dan uiteindelijk valt zijn de van der Vennetjes als eersten in de bocht. Met respect gaan ze stuur aan stuur de bocht door, waarna Rinus de leiding neemt. Gecontroleerd, maar verschrikkelijk hard. Een schuivertje maakt hem na de eerste ronde helaas een illusie armer, waarna Wybo de leiding meteen over kan nemen. Jurgen trekt een gat en loopt uit. De strijd achter hem gaat onverminderd voort. Kevin Spruijt, opvallend door het waanzinnig grote MX Infected logo op zijn rug , weet Nancy achter zich te houden en Rinus werkt zich nog op tot een mooie vijfde plaats. Mark Boot komt slecht weg met de start en begint aan een onwaarschijnlijke inhaal race. Een voor een vallen ze ten prooi aan zijn gillende KTM. Spruijt spreekt met respect. ‘Ik wist dat hij komen zou, alleen niet wanneer. Niet te houden die jongen op dit moment’. Mark knokt zich met verbluffende rondetijden in no time helemaal naar de kop. Een ware slachting die voor hem een ronde te kort zou duren. Bij de geblokte vlag zat hij amper 100 meter achter de uiteindelijke sympathieke Belgische winnaar die geconsolideerd zijn wedstrijd uitreed. Een super prestatie wat heel wat belooft voor de komende MXGP in Lommel waar Mark deel zal nemen in de EMX 250 klasse. We gaan het zien. Graag.

Ik ben geen danser
Een waanzinnig sluitstuk van een prachtige dag. Nancy is tevreden. Rinus heeft vooral erg genoten. ‘Ik was conditioneel al op, voor de start, dan is een vijfde plaats nog niet zo heel beroerd’. Kevin Spruijt is met zijn derde plaats een tevreden man en staat, gelukkig voor mij, met zijn shirt achterstevoren op het podium. Na de rituelen wordt er plaats gemaakt voor de mannen van de uit Limburg afkomstige Anderkovver. Ik maak ze voor het eerst mee, maar de band doet meer dan wat anderen me beloofden. Ondanks het publiek vooral met elkaar bezig lijkt te zijn worden we als een magneet naar voren getrokken. De mannen spelen echt alles en dan ook nog eens loepzuiver. Het lijkt er niet alleen op, het is het gewoon. Ik ben geen danser en hou vooral niet van de voorgrond, maar ga na een paar biertjes toch ook met mijn handen omhoog.

De mooiste sport
Als het klaar is graaien we gezamenlijk de frietzakken leeg die we inruilen voor de overgebleven muntjes. Met de mayo aan mijn elle bogen waggelen we naar de caravan. Nog een nachtje blijven was het beste besluit van de dag. Ik plof neer en voel me bevoorrecht en vooral erg gelukkig. Dit zijn de weekenden. De mooiste sport beleven met de mooiste mensen. Een volk apart, echt en eerlijk. De organisatie stond weer eens als een huis. Het lijkt allemaal zo vanzelfsprekend, maar dat is het in geen geval. Een paar uurtjes later worden we uit ons bed getrommeld door Gertjan. Roy Kerkhof en zijn geliefde Sietske hebben ons uitgenodigd voor een spontaan gezamenlijk ontbijt op een naburige camping waar ze verblijven. Harde broodjes en gekookte eitjes maken het hele evenement compleet. We praten wat na en vertrekken. Met de ramen open geniet ik de hele terugweg na. Supercross  Aagtekerke. Hoe kun je er in hemelsnaam nog nooit geweest zijn…

Foto’s met dank aan Ronny van Hulle en Indy de Bok

(Fotograaf van Mark Boot graag even bericht voor vermelding)

Een dorp met naam. Aagtekerke is beroemd. Crossers komen onverwijld. Kilometers tellen niet, overal vandaan. Ieder jaar. Gemeente dank voor alle hulp. Vrijwilligers met een gouden hart, met hun ziel en zaligheid. Alles voor elkaar. Inderdaad. Ze zijn er nog. Voor een ander, zonder winst. Zo mooi dat het er is, dat het nog steeds bestaat. Dankbaar. Maar ook zuinig zijn. Daar zijn de Zeeuwen kampioen. Zuinig op wat er nog is. Vertrouwen op de toekomst, op weer een volgend jaar. Ze doen het weer. Zoveel jaren geen probleem. Strak geregeld. Veiligheid staat bovenaan, het lukt ze keer op keer. Het gaat weer los. Met hopelijk een beetje zon. We gaan genieten, sowieso, is er nog meer dan motorcross? Club van goud, ik wil je danken. Voor het moois van al die jaren. Nee ik ga nooit naar de kerk, maar thuis ga ik toch op de knieën, biddend voor behoud…

Als we goed en wel een half uur op weg zijn vraagt mijn dochter hoe lang we nog moeten rijden. Ik kan haar niet blijer maken dan met ‘nog anderhalf uur’. Helaas. We zijn het inmiddels wel gewend om een paar uurtjes te moeten rijden naar iets wat we heel graag willen zien of doen. Wat zijn dan 2 uurtjes nog? ‘Is het in België of in Nederland pap?’. ‘Nederland schat, helemaal naar boven’. Ondanks het lange ritten zijn voor de kids vermaken we ons altijd wel. Sinds kort streamen we om de beurt ons favoriete nummer door naar de JBL-Go. Weer eens wat anders dan dieren namen verzinnen met de laatste letter van het dier van je voorganger. Wel mooi, want zo komen mijn ‘klassiekers’ uit de 90’s ook weer eens aan bod.

Veiligheid voor alles
Als we uiteindelijk in de buurt van het festival annex crosscircuit aankomen krijg ik pas een besef van de omvang van het gebeuren. Boeren hebben zichtbaar hun handen vol aan de kampeerders die nog een last-minute ongereserveerd plaatsje zoeken. Ik heb de mazzel dat een pakkend sfeerverhaal vaak wel een mediakaartje oplevert, waar dan automatisch een parkeer kaart bijgeleverd wordt. Lopen is toch al niet een van mijn hobby’s, dus dat komt lekker uit. Op weg naar de hoofdingang is aan de duizenden fietsen goed te zien dat er behoorlijk wat mensen uit de buurt komen. Veiligheid voor alles. Het feest is al in volle gang. Ik hoor drie verschillende beats door elkaar en doe mijn best de nummers te onderscheiden. Helaas is het mijn genre niet helemaal dus geef ik dat even snel weer op als dat het in me opkwam. Het is stoffig, maar het schijnt niemand te deren. Mooi opgemaakte meisjes nippen van hun, misschien wel eerste, biertje met een gezicht van een mijnwerker. Hun nette witte shirtjes hebben de hoop op een net feest al opgegeven. We komen aan bij de ‘perstent’, waar ‘Lotte van het e-mailtje’ ons uiterst sympathiek verwelkomt. Ze heeft het druk, maar laat zich niet overmannen door werkdruk of stress. Alles in de hand, geen probleem.

Alles loopt door elkaar
Het is zaterdagmiddag, dus hebben we mooi even de tijd het terrein rond te lopen en de boel te verkennen. Het is groot. Echt groot! Ik heb echt geen idee hoeveel hectare het hele gebeuren in beslag neemt, maar het is immens. Thuis zei iemand nog; ‘Da’s toch een illegaal crosswedstrijdje met een biertent?’. Zo zal het indertijd vast begonnen zijn, maar we zijn inmiddels een dikke 20 jaar verder. Als ik er over nadenk vind ik het eigenlijk vreemd, dat een festival als dit ‘bij ons’ eigenlijk helemaal niet zo populair is. Ook zonder crosskriebels is het een machtig festijn. Mijn dochtertje kijkt haar ogen uit en trekt me naar de verschillende kermis attracties. Ze weet dat ik geen nee kan zeggen en geeft zich samen met haar broer volledig over aan de G-krachten. Ik wacht wel beneden. De laatste jaren heeft mijn maag er steeds meer problemen mee. Het zal dan toch de ouderdom wel zijn, zoals velen speculeren. Wat me opvalt is dat er eigenlijk geen specifiek publiek is. Alles loopt door elkaar. Heel jong, jong belegen, oud en zelfs bejaard genieten van de vele verschillende optredens en activiteiten. Het is een creatief geheel. Leuke oneliners op de verschillende borden laten je denken en lachen. Mijn stijl is het wel. De ervaring van het organiseren is voel- en zichtbaar. Aan alles lijkt gedacht. Waar je ook vandaan komt en wat je ook gewend bent te eten, alles is verkrijgbaar. Aangezien we er de volgende dag vroeg bij willen zijn besluiten we op tijd naar de caravan te gaan. Mijn festivalbezoeken van ooit eindigden meestal met veel hoofdpijn ergens half onder een auto. Waar ik ging liggen sliep ik. De tijden zijn sterk veranderd, maar zeker niet minder leuk. Ik geniet van de blikken van mijn kinderen en slaap nu nergens liever dan in mijn derderangs caravan, op een te klein matras, naast een van mijn kinderen. We vallen uiteindelijk heerlijk in slaap onder het gebonk van de drums en vuurwerk.

Goed nieuws
Al behoorlijk op tijd staan we voor het, nog gesloten, hek te wachten tot we binnen mogen. Het duurt even tot er een markant mannetje op een mini motortje ons probeert mentaal aan de gang te slingeren. ‘Ik heb goed nieuws!’, roept hij hard door het gaas. ‘Ik heb gehoord dat het doorgaat’, schreeuwt hij maar de reacties zijn vooral erg lauw. Het is te warm en we hebben dorst. Als hij wegrijdt gaan de hekken van het slot en stroomt het al vroeg opgekomen publiek netjes en correct het terrein op. Er heerst een vorm van respect onder de mensen. Geen agressiviteit te bespeuren. Iedereen is Zwarte Cross. Terwijl mijn foto makende zoon samen met de andere mediamannen instructies krijgt loop ik met mijn dochter richting circuit. Ik probeer met een natte duim wat zand van haar gezichtje te wrijven, maar het wordt alleen maar erger. Het heeft ook geen zin bedenk ik als ik rondkijk. Het gros van het volk loopt er zonder te beseffen bij alsof ze geschminkt zijn voor een legeroefening.

‘Ik vind het gewoon prachtig’
In de Loco Arena zit ik naast Laura. Een mooi meisje met een duidelijk gevoel voor ritme. Stiekem sla ik haar gade als ze intens genietend de beat volgt met haar hoofd. Ze kent de nummers en zingt zachtjes mee. Laura is hier voor alles. De sfeer, muziek, maar zeker ook de motorcross. Ze blijkt geen vreemde op crossgebied, want ze kent het grootste deel van het rijdersveld bij naam. Ze crosst niet en ook heeft ze geen crossende familie. ‘Ik vind het gewoon prachtig en ga vaak kijken’. Ze excuseert zich beleefd als ze met haar vriendin de arena verlaat. Voorbeeldig type. Ik loop normaal gesproken graag langs het lint, maar kan niet ontkennen dat ik lekker zit. M’n kleine meid slaat haar arm om me heen. ‘Leuk he pap?’. Op zulke momenten weet ik dat ik langs alle kanten gezegend ben. Jarno Derks snapt het Zwarte Cross concept. Half in de Arena stopt hij en zet zijn motor dwars op een wal. Voorrem in en gas open. Een aantal feestgangers krijgt de volle laag, maar er kan alleen maar om gelachen worden. Geweldig. Terwijl Lars van Berkel wat handschoenen in het publiek gooit, wordt er luid geklapt voor Jeffrey. Als hij voor de eerste keer snoeihard voorbijkomt staat een meisje op. Hard gillend steekt ze haar handen omhoog. Als hij voorbij is zie ik haar breed lachen achter haar trendy planga en maakt een hart met haar vingers. Verliefd op de sport en haar idool. Terwijl we rondlopen komen we de immer vriendelijke Davy Pootjes tegen. Met zijn cap achterstevoren komt hij in zijn natuurlijke coole stijl onze kant op. De rust zelve. Sterre knijpt in mijn hand. Pap!, Davy’, sist ze. In en kort gesprek laat hij weten dat zijn schouder aan de beterende hand is, maar helaas nog niet strijdvaardig. Als ik mijn dochter wil vastleggen met haar idool, blijkt mijn telefoon leeg. Dat komt wel een keer goed, want Davy is een toegankelijke jongen met een flinke portie waardering voor alles wat hem in de positieve zin overkomt. Dankbaarheid is een schone zaak.

Vooral stoer
Rick Elzinga is terug en ook Kay de Wolf is oppermachtig. Rijzende ster Jens Walvoort valt op. Daniel Willemsen staat als ‘oud gediende’ maar weer eens op de hoogste trede. Calvin Vlaanderen pakt de winst in de 250 met een verrassende Anthony Rodriguez op zijn hielen. De innemende Belg Jago Geerts stelt de Nederlandse titel veilig. Een bijzonder talent met een bijna foutloze stijl. Youri van ’t Ende is vooral stoer. In stijl jankt hij zijn tweetakt naar een 10e plaats totaal. Held! Jeffrey veegt de boel maar weer eens op zijn eigen buitenaarde manier aan. Ik volg hem zover ik kan. Hij heeft gewoon net dat beetje meer gevonden. Die laatste trede die hem de snelheid brengt waardoor alles een stuk makkelijker lijkt te gaan. Lijkt, want ik besef heel goed dat hij er enorm veel voor moet doen en nog meer dient te laten. Volledige overgave, dag in dag uit. Constant presteren onder de mega zware druk die hem op zijn schouders rust. De wereld kijkt mee en die is groot. Hij heeft het allemaal. Gekozen, zo lijkt het. Ook de uiterst sympathieke Glenn Coldenhoff is in goede doen. Zoals hij zich nog steeds ontwikkelt, lijkt hij steeds meer ‘the best of the rest’, te worden. Een podiumwaardig ambassadeur voor de sport. Een rustige Sven van der Mierden lijkt zich meer en meer aan te sluiten bij de absolute Nederlandse top. Soms lijken en blijken vriendinnen een negatieve invloed te hebben op de wat jongere rijders, terwijl het Sven alleen maar lijkt te versterken. Loon naar werken. Publiekstrekker Malcolm Stewart heeft wat mij betreft lef. Een Amerikaan spreekt mij toch altijd nog een beetje tot de verbeelding. Dat hij hier geen echte rol van betekenis speelt wisten wij, maar zeker ook hijzelf. Ik las al veel kritiek, maar ik heb hem nergens horen zeggen dat hij hier wel eens even zou gaan winnen. Supercross heeft dan ook niets te maken met hetgeen wij hier doen. Appels en peren. De opmerking dat hij even geld komt pakken zal op waarheid berusten, maar is niet vreemd voor een soort van prof.

We chillen nog wat na in de luwte van de persruimte en sjokken na inlevering van onze hesjes richting caravan. Ik ben kapotversleten. Mijn voeten doen zeer en ik heb vreselijke dorst en honger. Toch is dit weekend het weer helemaal en alles waard geweest. Ik dank de Zwarte Cross voor hun gastvrijheid en het voorbeeldige karakter van het massaal opgekomen publiek.

De aanslag op mijn lichaam is wel een nieuwe traditie waard..

Foto’s met dank aan More Heijt – www.mhmxpics.nl

Ik ken hem al een tijdje. Beter gezegd weet ik dat hij bestaat, maar we spraken eigenlijk nooit echt met elkaar. Ik raak in gesprek met zijn ouders als hij aan komt lopen. Een leuke kerel met een open karakter. Zijn ogen stralen en na een minuut of tien weet ik ook waarom. Een sprookje dat mooi begon maar deze keer niet eindigde met een happy end. Hij is open en eerlijk. Natuurlijk is het jammer, maar toch oogt hij opgelucht. Soms zijn zulke dingen nodig om weer in je spoor te komen. Zijn trouwe en eerste liefde staat naast de camper. De Kawa popelt zichtbaar. Ook hij heeft het de laatste jaren moeten ontgelden, maar dat wordt vandaag meer dan goedgemaakt. Stef Goetheer is terug. Het mooie is dat wat er ook gebeurt, de cross altijd weer de ultieme afleiding blijkt te zijn. Lekker even helemaal niks. Jij en je motor. Met dat brullende ding onder je weg van alle sores. Zijn glanzende ogen maken ook mij opgewekt. Een jongen met een gouden hart, die je alles gunt wat goed is. Zijn groene kanon is zo uit de garage getrokken. ‘Niets aan gedaan, maar dat moet maar een keer’. Eenmaal in de baan blijkt hij het nog niet te zijn verleerd. Het rijden gaat top, de conditie komt weer wel. Tijd zat nu. Ik kijk nog even naar hem en zie hem genieten van elk moment. Op zijn plaats. Thuis. Deze dag was ik erbij. In Axel ging het mis. Helaas. Een grote klapper maakte een abrupt, maar hopelijk voorlopig, einde aan zijn gedroomde come-back. Ik lees via de familie de vooruitgang en dat doet me goed. Het gaat in ieder geval vooruit en dat is het beste nieuws voor nu. Beste Stef, ik wens je veel sterkte. Ook dit komt weer goed. Ik ken je nog maar net, maar die tien minuten in Wemeldinge gaven me een goed beeld van hoe je bent. We staan aan de kant en moedigen je aan. Kom op Stef!

‘Wil je een stukje taart?’ klinkt het onverwachts achter me. Een mooie donkere vrouw kijkt me lachend aan. Nua heeft iets te vieren. ‘Oma heeft vanwege de cross haar verjaardag uitgesteld, maar de taart wordt toch verdeeld vandaag’. Het blijkt een soort van Amerikaanse taart te zijn, maar eigenlijk maakt dat mij niet zoveel uit. Taart is taart en het liefst zo zoet mogelijk. Ik lust alles helaas. Een van de leuke dingen van de cross vind ik dat je iedere week nieuwe buren hebt, zowel naast je als aan de overkant. Er zal altijd wel wat zijn en je hoeft ook niet ieders vriend te zijn, maar over het algemeen is het toch een grote hechte familie. Hoe groot de verschillen in de uiteindelijke prestatie ook zijn, we hebben allemaal hetzelfde doel. De familie achter ons blijkt een prachtig voorbeeld van mijn ‘infected’ gevoel. De hele familie Hulsen is mee. Carlos, de zoon van onze levende legende Carlo is een komende man. Jongen eigenlijk, want hij is pas 15, maar oogt door zijn atletische postuur een stuk ouder. Hij wordt goed verzorgd, maar zeker niet in de watten gelegd. Het team boven hem weet goed wat er nodig is om ergens te komen. ‘Hij hoeft geen wereldkampioen te worden’, zegt een trotse Carlo, ‘maar we gaan wel kijken waar we kunnen komen.’ Er wordt niets aan het toeval overgelaten. De fonkelnieuwe Honda wordt verzorgd als een pasgeboren baby. Carlo’s vader neemt zijn zelfgedelegeerde taken serieus. Met een rieten hoed tegen de brandende zon meet hij vlak voor de training nog even de veerweg en wrijft dankbaar een laatste poetsdoek over de kappen waar de sponsors prijken. Carlos rijdt netjes. Geen meter te veel en laat zijn rode kanon het werk doen. Ik herken de stijl. ‘Hij heeft mij nooit live zien rijden, maar ik zie het zelf ook’, lacht Carlo. Er is veel mee te geven in de vorm van genen blijkbaar. Toch niet alles. ‘Ik zie veel van mezelf terug, alleen mis ik één ding’. Carlo stond in zijn tijd bekend als een echte ‘holeshotter’. ‘Dat heeft hij dan weer niet meegekregen. Ik was er altijd bij. Dan probeerde ik in de eerste paar ronden een gat te slaan, waar ik de rest van de wedstrijd profijt van had.’ Op de Axelse dijk zit ik bij toeval een paar meter van de familie naar Carlos’ verrichtingen te kijken. Opa is gefocust. Hij volgt zijn kleinzoon de hele baan lang, zoals hij jaren zijn eigen zoon op de voet volgde. Hij ziet de ideale lijn en wuift. ‘De buitenkant is sneller’. Carlos ziet het en luistert. Ervaring is een groot een leerzaam goed. Luisteren een gave…


Hoe erg is het als je niet kan doen wat je het liefste doet. Waar je voor leeft misschien wel. Luca lag er in het begin van het seizoen al snel uit en daar baalde hij goed van. Net als je alles voor elkaar lijkt te hebben. In zes weken verplichte rust mis je veel. Je mist de opbouw van je wedstrijd ritme, maar raakt ook in sneltreinvaart je met noeste arbeid opgebouwde winterconditie kwijt. Vandaag kreeg hij groen licht en sleurde vrijwel meteen zijn rode kanon uit de garage. ‘Ik kon echt niet wachten’, aldus de super gemotiveerde Luca. ‘Het was heerlijk weer op de motor te zitten. Ik voel wel dat ik kracht mis, maar de spierpijn die ik nu heb is me alles waard’. De baan in Heerde lag er vlak bij. Normaal kan het hem niet zwaar genoeg zijn, maar deze keer kwam het ‘vlakke pad’ hem wel goed uit. Uiteraard heeft hij de afgelopen 6 weken wel geprobeerd zijn basis conditie een beetje op peil te houden, maar niets is te vergelijken met de broodnodige motortraining. De komende weken zal hij minimaal 2x per week op zijn ‘Klein Kromhof Honda’ te vinden zijn, om zo snel mogelijk zijn opponenten weer partij te kunnen geven. ‘Het waren 6 lange weken, maar gelukkig is het seizoen nog lang. Luca wil graag en heel snel, maar vreest dat de eerste wedstrijd niet eerder zal zijn dan het ONK in Den Dungen, dat er op 6 juni verreden zal worden.

Foto’s met dank aan Danny Relouw (RelouwMxpics) en JVDL (MX Girl Pics)

Copyright © 2025 – MXInfected – Verhalen en columns over de motorcrosssport door Olav Heijt.